Onno Boerwinkel

"Mijn pastels zijn een soort "extract", het residu van een beleving van schoonheid, verwondering of verlangen."

Uit het werk van Onno Boerwinkel (Middelburg, 1950) spreekt een taal van de levende traditie. Hij voltooide in 1975 zijn opleiding aan de Rijksacademie van Beeldende Kunsten in Amsterdam. Boerwinkel begint met schilderen in olieverf, maar vanaf het midden van de jaren tachtig maakt hij voornamelijk pastels. Dit geeft hem de mogelijkheid om schilderen en tekenen te combineren. Boerwinkel gebruikt geen vastomlijnde techniek en werkt meestal aan meerdere pastels tegelijk. Zo blijft het schilderen spannend en verkleint hij de kans op vastlopen. Het uiteindelijke resultaat staat nooit van tevoren vast, het komt voort uit het creatieve proces. Boerwinkel bouwt zijn werken op in verschillende lagen pastel die hij tussentijds fixeert. De kunstenaar krast, poets en veegt in de schilderijen om zo onderliggende kleuren terug te laten komen. Dit zorgt voor een zeer dynamisch en levendig geheel waarmee de kunstenaar zijn kenmerkende sfeer creëert. Als laatste worden de losse contouren aangebracht in houtskool, wat typerend is voor het werk van deze kunstenaar.

Boerwinkel wil een gevoel van herkenning oproepen bij de beschouwer door het schilderen van alledaagse situaties die hij vooral vindt in Frankrijk en Italië. Hij is gefascineerd door de mediterrane cultuur en levensstijl: het lijkt alsof de tijd hier heeft stilgestaan. "Ik geloof in het levend houden van tradities. Traditie betekent letterlijk: overdracht, overlevering. Of, retorische gezegd: we willen toch allemaal dat de goede dingen in het leven doorgaan?" Door zijn speciale pasteltechniek en de keuze van de locaties die hij uitbeeldt, toont hij zijn hang naar de romantiek en de verwantschap die hij voelt met de negentiende en begin twintigste eeuw. Hij verbindt de wereld van toen aan die van nu.